Wat je reden ook is om te gaan sporten; beginnen is vaak een drempel. En daarbij liggen blessures op de loer als je te intensief start. Met deze tips uit de blog wordt het starten met sporten makkelijker, leuker en houd je het langer vol!
Tip 1: Maak een plan
Voor je start met sporten, is het belangrijk dat je bedenkt wat je leuk vindt. Ben je iemand die liever in een groep sport of ben je gelukkiger als je zelf je training kunt bepalen? Kijk hierin ook naar je zelfdiscipline. Heb jij mensen nodig die je verwachten of ben je er heel goed in je eigen agenda te volgen? Het kiezen van een manier van sporten die bij jou past, is de helft van het succes!
Er zit een verschil tussen trainen en sporten. Met training heb je een duidelijk doel voor ogen, bijvoorbeeld het lopen van de halve marathon. Je werkt ergens naar toe. Sporten kun je ook doen zonder duidelijk doel. Je bent dan lekker actief zonder dat je het specifiek ergens voor doet. Ja… jouw gezondheid en een leuke en productieve besteding van je tijd.
Toch, ook al doe je het alleen voor je plezier, zorg ervoor dat je voor jezelf een plan maakt. Op die manier houd je het sporten langer vol en heb je elke keer weer een reden om van die bank af te komen! Het maken van een plan kun je zo ingewikkeld maken als je zelf wilt, maar houd vast aan een aantal basisprincipes:
- Stel jezelf een doel;
- Maak daar vervolgens een schema voor;
- Zet de trainingen uit je schema in je agenda;
- Ga aan de slag en geef niet op!
Vind je het lastig om een doelstelling te formuleren en/of een schema te maken? Vraag hulp bij de sportschool waar je traint of zoek een (personal) trainer die jou op weg kan helpen.
Tip 2: Stel doelen
Stel een einddoel op, maar maak ook gebruik van tussendoelen. Belangrijk: houd ze meetbaar en wees realistisch! Met meetbaar bedoelen we dat je een tijd aan je doel stelt. Na die tijd kun je voor jezelf bepalen of je je doel hebt behaald of dat je het desnoods bij moet stellen. Een einddoel kan een droomdoel zijn, de tussendoelen geven je de kans om jezelf te belonen en de training leuk te houden. Een beloning werkt altijd motiverend. Elk behaald tussendoel is een stapje dichterbij jouw einddoel!
Tip 3: Maak een schema
Maak gebruik van een schema. Als je verstand hebt van trainingsleer, dan kun je dit zelf maken. Zo niet, vraag dan of een (personal) trainer jou kan helpen met een stappenplan om de weg te volgen naar jouw doelstellingen. Het grote voordeel van een schema is dat je je kunt voorbereiden op je work-out. Zie het als een vakantiereis met de auto; dan is het ook fijn als je weet hoe je moet rijden. En de reis op zichzelf is al een doel.
Wees selectief in de keuze voor jouw trainer. De juiste klik met een trainer is belangrijk. Aangezien je tijdens het traject ongetwijfeld zo nu en dan simpelweg geen zin zult hebben of wat spierpijn hebt van de vorige keer, is het belangrijk dat een trainer jou op de juiste manier motiveert. Dat kan betekenen dat je soms een spreekwoordelijke schop onder de kont zult krijgen of een training moet overslaan. Alles is gericht op het efficiënt trainen van jouw lichaam en hoe je het snelst je doelen behaalt.
Belangrijk om te weten is dat een schema ‘slechts’ een guideline is. Afhankelijk van jouw persoonlijke omstandigheden moet een schema aangepast kunnen worden. Blijf altijd realistisch naar je schema kijken en zorg dat je niet gefrustreerd raakt als het niet lukt je aan je schema te houden.
Tip 4: Gebruik een agenda
Die hebben we allemaal. Gebruik deze dan ook voor je trainingen! Mentaal creëer je zo de spreekwoordelijke stok achter de deur omdat je jouw stappenplan inzichtelijk maakt. Je doelstellingen schrijf je als volgt op; je einddoel 12 weken vanaf de start van je trainingen. En plan daar tussenin de tussendoelstellingen. Zo werk je heel bewust en heel overzichtelijk je schema af.
Waarom een periode van 12 weken? Het is een beproefde tijdsduur. Iedereen kan 12 weken overzien om de discipline op te brengen die nodig is voor een trainingstraject. En binnen die 12 weken zul je ook merken dat je goed meetbare progressie kunt boeken en dus je beloning kunt incasseren! Plan in je agenda bij voorkeur vaste trainingsdagen- en tijden in. Op den duur zul je merken dat het een gewoonte gaat worden om op die tijden te gaan trainen. En als het een gewoonte is geworden, dan zit je in de flow van het sporten.
Tip 5: Start op jouw niveau
De grootste valkuil bij het starten met sporten is dat je te fanatiek bent. Je hebt eindelijk bedacht dat je van de bank af gaat komen of na een lange tijd je sporten weer oppakt en nu ga je er ook voor..! Maar, bedenk dat je lichaam moet wennen aan de intensiteit die je ervan vraagt. Ga je tijdens het sporten te vaak over je grenzen, riskeer je blessures. Dit is niet alleen erg vervelend als je net je motivatie (weer) hebt gevonden, maar belemmert je ook in het behalen van je doelen.
Voorkom dit door de eerste trainingen rustig te starten en te bekijken hoe je lichaam hierop reageert. Een beetje spierpijn kan absoluut geen kwaad! Maar houd de pijntjes wel in de gaten. Spierpijn mag na een training ongeveer 24 uur aanhouden en moet daarna weer afnemen. Plan ook altijd een ‘rustdag’ tussen je trainingen door. Je kunt dan bijvoorbeeld wel een rondje buiten wandelen, maar gun je lichaam een periode van herstel voordat je weer aan een training start.
Heb vooral plezier! En bedenk wat jij als persoon nodig hebt om je sporten/training te laten slagen.